Story Behind the Song
Moeder zit in Amerika, vader is terug uit de gevangenis en zit boven op zolder en wil maar niet naar beneden komen. Over de mobiele telefoon belt het vriendinnetje. Op dat moment breekt er een oorlog uit tussen de hersenen en het hart. Er gebeuren gruwelijke dingen. Het hart van de hoofdpersoon wordt gestolen, niemand voelt meer wat hij denkt te voelen. Soms sterft er iemand een beetje, maar uiteindelijk komt alles op zijn plaats.
In de voorstelling zitten lofliederen op de piano, maar ook keiharde gitaarmuziek waar je haar recht van overeind gaat staan. Dat is nog niks vergeleken met de spectaculaire triangelsolos die op belangrijke momenten in de voorstelling te horen zijn. Het stuk is een ingewikkeld sprookje veel diepgang, maar voornamelijk beladen met flauwe grappen en muziek. Soms lijkt het een beetje op cultureel verantwoord schelden, maar over alles is nagedacht en mensen die komen voor plat vermaak moeten oppassen, want het zou best eens kunnen dat ze echt geraakt worden. De voorstelling in niet geschikt voor alle leeftijden en gemoedstoestanden.
Lyrics
HARTSCRIPT
Het toneel is nog donker, op een videoscherm is Naamlozer te zien. Hij zit met kleren aan onder de douche. Er staat een schim achter een doek. Deze schim begint met zwoele stem een raar artistiek teksje voor te dragen. Vincent de zeurderige pianist duwt af en toe op een paar toetsten van zijn snoerloze keyboard wat helemaal geen electriciteit nodig heeft.
Dames en heren,
Er is geen waarheid die u kent
U ziet niet wat u ziet
U hoort niet wat u hoort
U voelt niet wat u denkt te voelen
U bent vastgeketend aan een stoel van vijf gulden
En deze intro vindt u alvast bijzonder vaag
En dat is ook zo want u bent ook vaag
Wat u kiest moet u zelf kiezen
Niemand kiest er meer voor u
Want waarom zouden ze u ook kiezen?
U bent maar in uw eentje
Ze niet
Neem dan Theater
U zit nu in zon ding,
Waarom zou u het niet nemen?
Theater is afhankelijk van wat er buiten gebeurt
En wat is er aan de hand met het theater van nu?
Er gebeurt buiten geen donder
Niemand snapt het meer
Een solovoorstelling met zes mensen
Toneelstukken op zoek naar een auteur
Scènes op zoek naar een verhaallijn
Verhaallijnen op zoek naar een probleem
Zelfs voor het millennium konden we geen groot probleem vinden
Dus zijn we onze kinderen maar gaan verwaarlozen
Maar ook dat is maar in bepaalde gevallen succesvol
Is er dan nog hoop?
Alles wat goed en mooi is
Is gebaseerd op een illusie
De waarheid doodt
Maar op toneel kun je liegen
Dus ga ik dat vanavond doen
Ikzelf
Want net als het Doe-het-zelf-karwei
Waar menig puber tot diep in de nacht druk mee is
Is er nu
Doe-het-zelf-theater
Dus net als je dacht dat de wereld eindelijk succesvol verkloot was
Blijkt er toch nog hoop te zijn.
O wakker Nederland
Wees voorbereid
De jeugd is niet verloren
Zolang onze lichaamsdelen blijven vechten
En ons hart niet onder de voet wordt gelopen
Houden we onze hersenen wel in toom
Er is nog een hoop hoop hoop hoop
Het konijn komt op en geeft een triangelsolo. (Gerran slaat net zo lang met zijn hoofd tegen de muur totdat er ping uit komt) Roodkapje staat samen met Naamlozer achter het doek.
WAS HET MAAR BEHANG
(piano en zang)
Kom je mee dan?
Wat gaan we doen?
Waar ben je?
Waar gaan we met de regels heen
We gaan naar beneden
Ben ik boven niet tevreden?
(Gitaar en drum gaan van heel hoog tempo naar tergend langzaam)
Nee
(zang)
Leef je leven goed
Ga dansend de dood tegemoet
Als je langs mij heen moet
Lach dan als je me groet
Maar ik wil jou niet horen
Ik heb genoeg pijn aan mijn oren
(gitaar valt in)
Word aan het eind van je leven even kwaad
Als God je uitlacht en niet bestaat
Zinder en tril maar ga wel aan de pil
Kom maar op met je gegil
Travestiet of stoere vent
Je hoeft niet te weten wie je bent
(overgang en drum valt in)
Probeer je rotte ziel te verkopen
Dan blijft je winkel langer open
Maak een mengeling van je mix
Nieuw is op deze aardkloot niks
De jeugd van nu is net zo stom
Als die waar het ooit mee begon
(Piano, zang en gitaar/bas)
Kom je mee dan?
Wat gaan we doen?
Waar ben je?
Waar gaan we met de regels heen?
We gaan naar beneden?
Ben ik boven niet tevreden?
Triangelsolo door konijn. Naamlozer komt op en er steekt een postkaart vast aan een boom, Naamlozer loopt er heen.
NAAMLOZER:
Van mijn moeder. Ik hoop dat je het leuk hebt! Een kaart uit Amerika. Leuk.
Naamlozer achtervolgt het konijn met een schietgeweer.
JAN BULINGA:
Er was eens een jongen. Vanaf het eerste moment dat hij geboren was begon de gedachte dat hij een ongelukje was zich al diep in hem te vestigen. De belangrijkste aanwijzing die hij had, was dat vader elke dag tegen hem zei: "Jongen jij bent een ongelukje".
Maar zijn vader was best wel iemand die met andere mensen rekening hield. Als hij de kant van het lichaam, waar het gezicht van zijn vrouw bij hoorde, helemaal bont en blauw had geslagen, dan was hij meestal best bereid om haar even om te draaien.
De moeder van deze jongen vond dat haar man haar regelmatig sloeg toch wel een klein nadeeltje. Ze heeft dan ook een echt een echte echtscheiding aangevraagd, echt wel.
Maar omdat ze niet kon bewijzen dat ze mishandeld werd door de vader van de jongen moest de jongen kiezen tussen zijn vader en zijn moeder.
Maar hem maakte het natuurlijk niet uit, hij wou gewoon samen zijn met een ouder die van hem hield. En die hem niet verrot zou slaan als hij vroeg of om even aan zijn vinger wou trekken.
Moeder kreeg de voogdij. Vader, kon inpakken. Maar daar was hij niet zo goed in en dus vroeg hij iemand anders om dit te doen. Omdat moeder een baan heeft waardoor ze vaak in het buitenland moet zijn hebben de ouders afgesproken dat de jongen zijn vader alleen nog mocht zien als moeder over de grens is, dan komt vader in het huis van moeder en die regeling werkte prima tot de vorige keer dat vader hier was.
Het is slechts een paar maanden geleden dat vader vervroegd uit de gevangenis is vrijgelaten. Maar omdat moeder in Amerika zit is hij er weer, alleen grootmoeder komt niet meer mee. Omdat vader weer thuis is gaat de jongen ook weer naar huis.
Naamlozer blijft stil zitten.
JAN BULINGA:
(Tot grote hilariteit van het publiek) Nou, ga je nou nog naar huis of hoe zit dat?
Naamlozer staat op en gaat naar huis. De jagershoed en het dubbelloopse jachtgeweer van zijn vader hangen aan de kapstok.
NAAMLOZER:
Papa!
NAAMLOZER:
Pap?
De telefoon gaat.
NAAMLOZER:
(Benieuwd) Hallo?
ROODKAPJE :
Hoi, schat met mij
NAAMLOZER:
(Gaat ontspannen liggen) Leuk, dat je belt
ROODKAPJE :
Ja, hihi, leuk hè?
NAAMLOZER:
Ik vind het zo leuk als jij lacht.
ROODKAPJE :
Wat leuk, dankjewel.
NAAMLOZER:
Zullen we weer eens wat leuks gaan doen samen?
ROODKAPJE :
Ja, leuk.
NAAMLOZER:
Leuk hè?
ROODKAPJE :
Ik wou het trouwens even uitmaken.
NAAMLOZER:
Leuk?
ROODKAPJE :
Je ruikt namelijk een beetje uit je mond en zoenen lijkt me met iemand anders veel leuker.
NAAMLOZER:
Leuk (Kijkt echter alsof hij voor het eerst ongesteld word)
ROODKAPJE :
Eigenlijk ben je gewoon de meest gore stinkende kutpuber die ik ooit gezien heb. Van mij part ga je gewoon heel langzaam en pijnlijk dood. Wil je misschien nog ergens anders over praten?
NAAMLOZER:
Nee hoor, tot ziens. Dag.
NAAMLOZER:
Papa?
NAAMLOZER:
Pap, kom nou even naar beneden. Zal ik thee voor je zetten? Pap, ik heb je nou al zo lang niet meer gezien. Ik. (Ziet telefoon)
NAAMLOZER:
(Tegen publiek) Ging de telefoon net?
De telefoon gaat weer.
NAAMLOZER:
(Wantrouwig) Hallo?
ROODKAPJE :
Hoi, schat met mij.
NAAMLOZER:
Leuk dat je belt.
ROODKAPJE :
Ja, hihi, leuk hè?
NAAMLOZER:
Ik vind het zo leuk als jij lacht.
ROODKAPJE :
Wat leuk, dankjewel.
NAAMLOZER:
Zullen we weer eens wat leuks gaan doen samen?
ROODKAPJE :
Ja, leuk.
NAAMLOZER:
(Naamlozer doet de hoorn onder zijn arm door en zegt tegen publiek) Soms heb ik het gevoel dat ik precies weet wat zij aan het zeggen is. Soms voel ik me net alsof ik allemaal van tevoren geschreven tekst aan het zeggen ben. Soms heb ik echt het gevoel dat daar een actrice zit die gewoon net zo lang wacht tot ik klaar ben met deze tekst en dan weer met haar tekst begint. En soms heb ik het gevoel dat er allemaal gloeiend hete lampen op mij gericht staan en dat jullie allemaal in het donker naar mij zitten te kijken. En soms voel ik me net alsof ik eigenlijk een zin ben op een nauwelijks bezochtte web pagina.
ROODKAPJE:
Wil je misschien nog nergens anders over praten?
Feministische pauze.
ROODKAPJE :
Het is uit.
NAAMLOZER:
(Heel blij) Een ogenblik geduld alstublieft. Bedankt voor het wachten, zeg het maar.
ROODKAPJE :
Uit.
NAAMLOZER:
Ah, nou dan hang ik me even op.
ROODKAPJE :
Ik ben blij dat je het zo goed opneemt.
NAAMLOZER:
Nee, ik wou me net ophangen.
ROODKAPJE:
Je bedoelt de telefoon?
NAAMLOZER:
Nee, mezelf bedoel ik. Dan hang ik mezelf wel even op.
ROODKAPJE:
Voor geen goud.
NAAMLOZER:
Ja, je hebt gelijk, anders is allemaal zo snel afgelopen. Dag!
NAAMLOZER:
(Paniek) Papa?
NAAMLOZER:
Pap?
Naamlozer realiseert zich dat er iets mis is met de telefoon.
NAAMLOZER:
Dag schat, met mij. Heb jij daarnet gebeld? Oh ja. (Laatste check) En, wat heb je me ook al weer verteld? (Hangt snel op)
NAAMLOZER:
(Loopt naar voren) Jammer nou, alles gaat voorbij. (Depressief af)
LOFLIED OP HAAR ECZEEM
Ik zing een loflied op haar eczeem
Op haar te korte rechterbeen
Op de gore lucht waar ze naar ruikt
De tampons die ze hergebruikt
Op haar behaarde bovenlip
Op haar mislukt echt elke wip
Zeur niet 6x
Ik zing een loflied op haar eczeem
Op haar te korte rechterbeen
Op de gore lucht waar ze naar ruikt
De tampons die ze hergebruikt
Op haar behaarde bovenlip
Op haar mislukt echt elke wip
Zeur niet
Ik heb schurft aan haar eczeem
Aan haar te korte rechterbeen
Aan de gore lucht waar ze naar ruikt
De tampons die ze hergebruikt
Aan haar behaarde bovenlip
Aan haar mislukt echt elke wip
Zeur niet
Ze stonk naar stront
Het is ijskoud diep in haar kont
Ze drinkt haar pis
Dat is niet mis
Haar tanden worden rot
Op haar moet een fokverbod
Naamlozer komt weer op en gaat midden op het voorste podiumstuk zitten. Hij trekt zijn portemonnee en haalt met veel gepruts een pasfoto van Roodkapje er uit, tijdens de tekst valt de portemonnee open.
NAAMLOZER:
(Preek) Jammer, ze was zon leuk meisje. Zon meisje tegen wie je na 10 minuten verkering eigenlijk op rustige toon zou moeten zeggen:
Ik vond je eerst wel leuk, maar nu jij je bek hebt open getrokken, val je eigenlijk vies tegen. En als je dan kon terugvallen op je uiterlijk was de schade wel te overzien, maar je ziet er ook nog eens een keer uit als een verzopen koe met een vieze ziekte. Eigenlijk kan ik geen logische verklaring bedekken waarom ik ooit wat heb gezien in die lelijke paardenkop van jou. Ik hoop voor jou dat mannen nooit kinderen kunnen krijgen, want dan heb je helemaal geen functie meer.
In de bijbel staat dat God de mens naar zijn evenbeeld heeft geschapen, als ik jou zo recht in je schele bek kijk, dan was dat best wel een lelijke gozer die God.
En nou komt echte schoonheid natuurlijk van binnen, maar dat zeggen alleen hele lelijke mensen. Nou zou ik dat alles natuurlijk ook op een gemene manier kunnen zeggen, want dat is natuurlijk het meest realistisch. Maar ik heb niks persoonlijks tegen jou hoor. Welnee, ik vind jou gewoon, gewoon jij precies zoals jij bent; gewoon helemaal niks. Alles waar jij voor staat is gewoon compleet vreselijk. (Boos) Maar niet persoonlijk opvatten, hoor!
Naamlozer eet de pasfoto op. Hij melkt dit uit met allerlei leuke grapjes en besluit uiteindelijk iemand de foto in het gezicht te spugen. tot grote hilariteit van iedereeen in de zaal, behalve dan van die ene persoon die een opgegeten foto tegen zijn hoofd aan krijgt.
NAAMLOZER:
(Klein) Wilbert, zou je misschien een stukje Sabat Mater van Pergolesi op willen zetten? Het is nummer negen. Sancta mater istud agas.
Naamlozer kijkt mismoedig voor zich uit. Naamlozer probeert te huilen. Hij wrijft een traan weg.
NAAMLOZER:
(Authentiek en superklein) Ik voel niks. Niet eens opluchting. Gewoon helemaal niks. Doet het me dan helemaal niks? Ik ben toch niet van steen? Nee, ik ben van vlees en bloed en zij heeft gewoon mijn hart gestolen.
Gitaarsolo: als luchtalarm
Roodkapje komt op met een groot stuk vlees in de vorm van een hart op haar voorhoofd gebonden.
NAAMLOZER:
(Schrikt) Dat is mijn hart. Je hebt mijn hart op je hoofd vastgebonden! Ben je nou helemaal betoeterd! Dat is een heel belangrijk lichaamsdeel! Geef terug!
Roodkapje gaat achter het doek staan.
NAAMLOZER:
(Agressie) Ah, kom op! Hartendiefje van me. Dit kan ik echt niet accepteren. Als jij denkt dat je zomaar mijn hart mee kan nemen, heb je echt iets helemaal verkeerd begrepen. Dit mag niet. Dit gaat niet. Dit kan niet. Ik zal alles in de strijd werpen om mijn hart terug te krijgen. Ik verklaar de oorlog. Te wapen!
Naamlozer pakt een schietgeweer en rent achter Roodkapje aan.
DRUMSOLO: ALS WAPENVUUR
Achter een doorgelicht doek maait Naamlozer Roodkapje neer. Als ze helemaal doorzeefd is begint de piano te spelen. Ze zingt al stervend in haar eentje:
(piano, zang)
GA JE MEE DAN
Ik kom niet mee!
Wat doe je nou?
Waar ben ik?
Waar gaan we met de regels heen?
Niet naar benenden
Ik ben boven niet tevreden
Ik heb geen reden
Om je hart uit te kleden
Schiet mij maar neer
Ren maar wild heen en weer
Niet omdat je het wilt
Maar omdat het je honger stilt
GITAARSOLO: DOOD
Naamlozer gaat weer naar het voorpodium. Hij ziet eruit als een stervende jager en er is een schroeiplek waar zijn hart zit. Tijdens zijn tekst gaat Naamlozer steeds dichter naar de grond toe.
NAAMLOZER:
(Relativerend met vleugje droefheid) Nadat ook deze missie naar hart mislukt is, lijkt het hoogst onwaarschijnlijk dat het hart ooit nog vrede zal sluiten met de hersenen. De Verenigde lichaamsdelen maken zich ernstige zorgen en proberen de vredesgesprekken voort te zetten. Er overheerst een algehele angst dat het hart onder de voet gelopen gaat worden. De gevolgen hiervan zijn volgens de meeste militaire deskundige niet te overzien.
Hoewel een woordvoerder van de buitenwereld gemeld heeft dat dit alles een zeer normale reactie is als het vriendinnetje weggaat, leert de praktijd dat op dit ogenblik het hart voelbaar anders klopt en de hersenen werkelijk op oorlogspad zijn.
Een ding wordt langzaam duidelijk: hartslag is een van de grootste veldslagen die dit menselijk lichaam ooit heeft meegemaakt. Alleen weet dit keer iedereen, dat hoe zwaar de strijd ook zal zijn, alle lichaamsdelen werkend uit de strijd zullen terugkomen. Het hart zal blijven kloppen en de hersenen zullen blijven denken.
Uiteindelijk blijven we allemaal gewoon leven en als we dan een keertje dood gaan, komen we ergens onder de grond te liggen en poept een of andere vogel op ons graf.
De gitaarsolo stopt en Naamlozer sterft een beetje. Het konijn komt langs met een mand koekjes.
NAAMLOZER:
Tijd voor een koekje. Tijd voor Thee. (Tegen publiek) Ja kijk, koekjes eten is eigenlijk leuker dan theater en omdat we subsidie hebben en het de regel is om met dat soort geld te frauderen hebben we koekjes gekocht voor iedereen. Ik ben bijna door mijn materiaal heen. Tja, puber in de war, die ik ben. Maar als we nou afspreken dat we gewoon nog even tien minuten koekjes gaaan eten en dan moeten jullie zeggen dat het een leuke voorstelling was. Bijvoorbeeld dat je innerlijke complexe gevoelswereld is verrijkt ofzo. Dan kunnen we nu allemaal koekjes eten. Artistieke mensen kunnen op Internet het script lezen voor de afloop, dan gaan wij gezellig koekjes eten.
Het konijn begint koekjes uit te delen.
NAAMLOZER:
Papa! Pap? Kom nou ook even naar beneden. Krijg je ook een koekje! Pap! Zal ik thee zetten? Wil je echt geen koekje? Wat voor koekje wil je?
Naamlozer klimt de trap op naar zijn vader. Als hij boven is doet hij een lampje aan en dan ziet hij iets vreselijks.
NAAMLOZER:
(Traag) O ik zie het al. Je hebt mijn vriendinnetje op het bed vastgebonden. (Naamlozer klimt langzaam van het trapje af en begint voorzichtig tegen het publiek te praten) Weet je, vroeger toen mijn grootmoeder er nog was gebeurde dit nooit. Mijn vader was wel gewelddadig, maar hij hield het binnen. Het liep nooit uit de hand. Mijn vader had het prima in de hand. Tot op die ene paasochtend.
Ik zit gewoon beneden een broodje met ei te maken terwijl ik rustig een muziekje luister. Opeens komt er een bloedende vrouwenarm van de trap af rollen. Ik hoor een afgrijselijke gil. Er komt een oogbal van de trap af stuiteren en na een paar wonderlijke stuiters komt hij terecht in mijn broodje. Mijn ogen zien de oogbal wel, maar mijn hart gaat zo tekeer dat het de boel blokkeert. Dat er een oogbal van de trap af stuitert en in mijn broodje terechtkomt is namelijk zo onwaarschijnlijk en brengt zoveel teweeg dat mijn hersens het niet meer als gegeven kunnen accepteren.
Het is volslagen raar allemaal, want ik kon gewoon de politie bellen ofzo, de telefoon ging zelfs over, maar ik ga gewoon door met eten.
Als ik klaar ben met eten ga ik thee zetten en pak 4 koekjes uit de trommel. Ik leg de koekjes op een dienblad en beklim de trap. Ik kom de slaapkamer binnen en zie dat mijn vader mijn grootmoeder heeft vastgebonden aan het bed. Grootmoeder bezit alleen nog de paar lichaamsdelen die absoluut nodig zijn om te overleven. Alle andere lichaamsdelen was ik net op de trap al gepasseerd.
Ik zie dat mijn vader langzaam bezig is om met een pincet alle neusharen van de grootmoeder uit te trekken en dat hij deze naar binnen aan het duwen is op de plaats waar eerst het linkeroog zat. Het gekerm is onmenselijk.
Maar ik vroeg gewoon aan mijn vader wat voor koekje hij bij de thee wou. Mijn vader antwoordde dat het hem niet zoveel uitmaakte. Maar ik vond dat hij toch moest kiezen omdat ik anders onmogelijk kon vaststelen welk koekje ik hem bij de thee moest geven. Mijn vader zei dat hij anders wel twee koekjes wou. Maar ik had vier soorten dus nou wist ik nog niet welke ik moest geven. Mijn vader riep dat ik hem er gewoon twee moest geven en snel een beetje want hij was een beetje bezig. Ik mompelde O.K. en ging weer naar beneden.
NAAMLOZER:
(Paniek!) Maar zij daar is niet mijn grootmoeder. Zij was altijd mijn vriendinnetje en nu snijdt mijn vader haar in stukjes. Pap, altijd als jij er bent snij je iemand die van mij houdt of van mij gehouden heeft in stukjes. Is dat eigenlijk wel een goede manier om je kinderen op te voeden?
(Boos) Waarom zeg je niks terug? Nou pap, weet je wat jij kan? Weet je wat jij heel goed kan? Helemaal niks! Je kan doodvallen. Ik ga hier weg.
Naamlozer gaat voor op toneel zitten. Naamlozer op het videoscherm schreeuwt als een wolf.
PIANO SOLO: ZEG ROODKAPJE, WIE IS ER BANG VOOR DE BOZE WOLF
ROODKAPJE :
Zullen we weer eens wat leuks gaan doen samen?
NAAMLOZER:
Ja, leuk. (Schrikt van zijn eigen woorden)
ROODKAPJE :
Ik wou het trouwens even uitmaken, je ruikt namelijk een beetje uit je mond en
Naamlozer zakt helemaal in elkaar.
ROODKAPJE :
Grapje! Ah, je bent helemaal geschrokken, wat lief. Hé joh, het was maar een grapje, kom op. Zullen we gaan wandelen in het bos? Dan nemen we koekjes mee voor je grootmoeder.
NAAMLOZER:
Ja, leuk!
Het konijn komt op met koekjes, maar Naamlozer en Roodkapje hebben deze niet nodig. Naamlozer krijgt het meisje.
KONIJN:
(Smakt) Whats up dick?
DOEK!
|